Overdrachtsbelasting vanaf 1 januari 2021


27 januari 2021 - Op 1 januari 2021 is de Wet differentiatie overdrachtsbelasting ingegaan [1]. Overdrachtsbelasting is de belasting die in Nederland wordt geheven bij de verkrijging (i.c. aankoop) van een onroerende zaak, zoals woningen en winkelpanden. Het doel van deze nieuwe wet is om de positie van starters op de woningmarkt ten opzichte van beleggers en investeerders te verbeteren.

Verschillende tarieven 

Vanaf 1 januari 2021 zal sprake zijn van verschillende tarieven voor de overdrachtsbelasting. Ook wordt met de nieuwe wet een eenmalige vrijstelling in de overdrachtsbelasting voor starters en doorstromers geïntroduceerd. Starters en doorstromers hebben van 1 januari 2021 tot en met 31 december 2025 recht op de startersvrijstelling indien aan drie voorwaarden wordt voldaan, namelijk:

  1. Bij aankoop van de woning is de starter of doorstromer 18 jaar of ouder, maar heeft hij/zij de leeftijd van 35 jaar nog niet bereikt. Indien sprake is van meerdere verkrijgers (i.c. eigenaren) zal de toepasselijkheid van de vrijstelling voor iedere verkrijger afzonderlijk moeten worden bepaald.
  2. Er is sprake van een eenmalige vrijstelling. De verkrijger van de woning kan slechts eenmaal gebruik maken van de startersvrijstelling. Indien een beroep wordt gedaan op de startersvrijstelling zal de verkrijger duidelijk, stellig en zonder voorbehoud schriftelijk moeten verklaren niet eerder gebruik te hebben gemaakt van de startersvrijstelling.
  3. De woning dient als hoofdverblijf voor de verkrijgende.

Hierbij is voorts van belang dat vanaf 1 april 2021 een grens zal worden gesteld aan de prijs van de woning. De prijs van de woning zal namelijk onder de € 400.000,- dienen te liggen, wil de starter of doorstromer in aanmerking komen voor een startersvrijstelling.

Voor de overige kopers –niet zijnde starters- die een woning verkrijgen, blijft het verlaagde tarief van 2 % gelden onder de voorwaarde dat de woning als hoofdverblijf wordt gebruikt. Hierbij dient wel sprake te zijn van een verkrijging door een natuurlijke persoon.

Alle overige verkrijgers worden vanaf 1 januari 2021 belast met het hogere algemene tarief van 8 %. Het algemene tarief van 8 % is van toepassing in de volgende situaties:

  • voor de verkrijging van niet-woningen door natuurlijke personen en/ of rechtspersonen. U kunt hierbij denken aan kantoren, winkels en bedrijfspanden.
  • de verkrijging van een woning door een niet-natuurlijk persoon, zoals rechtspersonen. U kunt hierbij denken aan woningcorporaties.
  • de verkrijging van een woning door een natuurlijke persoon, waarbij geen sprake is van gebruik als hoofdverblijf. U kunt hierbij denken aan de aankoop van een vakantiewoning of een woning die ouders voor hun kind kopen.

 

[1] MvT Wet differentiatie overdrachtsbelasting, 15-09-2020

Schriftelijke verklaring

In de nieuwe wet is voorts een schriftelijke verklaring als vereiste gesteld. Voor de toepassing van het 2%-tarief of de startersvrijstelling dient de verkrijger onmiddellijk voorafgaand aan de verkrijging duidelijk, stellig en zonder voorbehoud schriftelijk te verklaren de woning als hoofdverblijf te gaan gebruiken. Aangezien de meeste overdrachten van onroerend goed plaatsvinden via de notaris zal de betreffende (schriftelijke) verklaring direct voorafgaand aan het passeren van de notariële akte moeten worden afgegeven. De notaris zal op haar beurt in de notariële akte de toepassing van de vrijstelling of het verlaagde tarief kenbaar maken en de schriftelijke verklaring als bijlage aan de notariële akte toevoegen. 

Voor uw klant

Het kan daarom van belang zijn de nieuwe regelgeving met uw klanten te bespreken. Wellicht hebben uw klanten er profijt bij om een woning voor 1 april 2021 aan te kopen.  

 

Auteur

Emel van der Niet - Sunbul, Jurist beroepsaansprakelijkheid

Auteur Emel Sunbul